zaterdag , 12 oktober 2024
Gordon Bennett Cup 2016

Gordon Bennett Cup: de ultieme droom van iedere gepassioneerde ballonvaarder

Rien en Ron waaien strategisch met alle winden mee. Door Claudia Fitsch.

Gasballonvaarders Rien Jurg en Ron van Houten zitten volop in de voorbereiding van de oudste luchtvaartrace ter wereld: de Gordon Bennett Cup (ballooning). De zestigste editie vindt plaats van 15 tot 24 september, met als startplaats het Duitse Gladbeck. Dan varen ze een paar dagen opeengepakt in een bakje van ruim een vierkante meter, met de wind meegevoerd naar een nog onbekende bestemming. “Ballonvaren is genieten, de Gordon Bennett is genieten in het kwadraat!”

De ‘Coupe Aéronautique Gordon Bennett’ (FAI) start dit jaar in Gladbeck, Duitsland. Toevallig is het ook de vaste stek van piloten Rien Jurg en Ron van Houten, die dit jaar voor de tiende keer aan deze race meedoen. In Gladbeck staat een bedrijf dat waterstofgas als afvalproduct heeft, wat deze brandstof relatief goedkoop maakt.

Op een fraaie, frisse zomeravond staan ze met hun Festo Flyer op het gras van de launchsite. De zandzakken (ballast) hangen aan de mand, de apparatuur is gereed. Met een vulslang verdwijnt het gas in de PH-KTS, die steeds ronder wordt. Ze maken een testvaart om alle apparatuur te controleren. Daar gaan ze, richting Keulen. Het volgteam haalt hen de volgende ochtend op in het Franse Ancemont, ten zuiden van Verdun.

Kwakende kikkers
Ballonvaren is verslavend. “In de jaren ’70 was er in Nederland nog geen enkele opleiding voor ballonvaarders. Ik woonde in Twente en in het Duitse Münster kon je leren gasballonvaren, dat was niet zo ver weg. Pas in 1980 ben ik heteluchtballon gaan varen. Daarvan heb ik uiteindelijk mijn beroep gemaakt en ik heb mijn baan als architect vaarwel gezegd”, vertelt Rien Jurg.

Ron van Houten, is Boeing-gezagvoerder (777 en 787) en instructeur bij KLM. Vanwege zijn kennis van navigatie en communicatie belandde hij in 1984 in een team, geleid door Rien, dat een prototype Rosièreballon testte. Dat type ballon vaart op zowel hete lucht als op gas en kan enorme afstanden afleggen. Zo leerden ze elkaar kennen. “In 1990 begon ik zelf met heteluchtballonvaren, waar in 1994 het gasballonvaren bij kwam. De meeste gasballonvaarten heb ik samen met Rien gemaakt.”

Een ballon ondervindt geen G-krachten, hij vaart mee met de wind. Rien: “Het waait er ook nooit als je onderweg bent.” Ron: “In een heteluchtballon heb je het geluid van de branders, maar in de gasballon kun je vanaf grote hoogte de kikkers horen kwaken, heel bijzonder.”

We zijn een goed team en kunnen ongelooflijk lachen met elkaar

Avontuurlijk
Rien en Ron hebben hun sporen in de gasballonvaart verdiend. Ze vestigden in 2001 het Nederlandse duurrecord(68 uur en 22 minuten), sleepten een tweede plaats in de wacht bij de World Air Games en stonden bij de Gordon Bennett Cup drie keer op het podium (tweemaal derde, eenmaal tweede plaats).

In 1995 deden ze voor het eerst mee aan de Gordon Bennett gasballon race, waarbij het team wint dat de grootste afstand aflegt. “Alles komt aan bod: het avontuurlijke van ballonvaren, het onvoorspelbare weer, de vluchtstrategie.” Ervaring is een belangrijk element in de wedstrijd. “Vorige Gordon Bennetts dachten we achteraf: we hadden toch zus of zo moeten doen… Dat neem je een volgende keer mee bij je beslissingen.”

Gasballonvaarders zijn zeldzaam. Hun Festo Flyer is de enige die in Nederland geregistreerd staat. “We vinden het leuk dat er dit jaar twee Nederlandse teams aan de start verschijnen. Het is prachtig om hieraan mee te doen, de ultieme droom van iedere gepassioneerde ballonvaarder. “

Uniek bakje
De ballonnen hebben eenzelfde afmeting en zijn zo’n 1000 tot maximaal 1050 kubieke meter. Tijdens de Gordon Bennett Race gebruiken ze hetzelfde gas. Het draagvermogen is dus gelijk. Winst valt te halen in beperking van het gewicht, waardoor je meer ballast kunt meenemen. “De Fransen hebben bijvoorbeeld een zelfbouwballon die heel licht is.”

Zelf hebben ze een unieke opblaasbare mand, ontworpen in samenwerking met Festo. Na tweehonderd jaar varen met rieten manden is dit een innovatie. “Onze mand is lichter en heeft een aangepast, beter werkend systeem om statische elektriciteit af te voeren. We kunnen makkelijk ballastwater meenemen in de wanden. Hij is comfortabel, belangrijk als je dagen onderweg bent. Je moet zo lang mogelijk fit blijven.” In de mand zit een bed met uitklapbare klep, waardoor de slaper met de benen buiten het bakje ligt. Ze lossen elkaar tijdens de race om de drie uur af. De één zit en vaart, de ander ligt. “Als het kan moet je proberen slaap te pakken.”

Bij regen maken ze met een scherm een kleine cabine van het bakje. Verder hebben ze warme slaapzakken, want op 8.000 tot 15.000 feet is het nul graden. Ook is er zuurstof aan boord, nodig vanaf 10.000 feet, soms zelfs iets lager. Naast de verplichte transponder mag een team zelf weten wat voor apparatuur het gebruikt. Zo hebben ze een sateliettelefoon- “een uitkomst”- GPS, zonnepanelen, apps op de iPad.

Pittig
Tijdens de wedstrijd zijn ze continu in touw met hun Festo Flyer. Ron: “Ik heb weleens een boek meegenomen, maar dat ging ongelezen mee terug naar huis.” Ze bepalen de route, kijken naar weer en windrichting, bedenken mogelijke scenario’s, varen strategisch met de verschillende winderichtingen op de verschillende hoogten mee.

Wedstrijdvaren is fysiek en mentaal pittig. “Ondanks weinig slaap moet het hoofd fit blijven. Je moet omgaan met slecht weer, op het juiste moment de juiste beslissing nemen. De belangrijkste momenten zijn bij zonsopgang en zonsondergang. Dan moet je twee uur daarvoor een plan hebben, weten wat je gaat doen.”

Er is een primitieve toilet aan boord. “Je kent elkaars luchtjes wel, ja.” Maar nooit krijgen ze de neiging om elkaar het bakje uit te duwen “Hahaha. Nee! Het gevoel van saamhorigheid neemt alleen maar toe.”

Team
Ze worden internationaal serieus genomen. Een goed team. “We zijn op elkaar ingespeeld, kennen elkaars denkwijzen, vullen elkaar aan en ook bij tegenslagen blijft de stemming goed. We maken samen afwegingen en zijn het altijd snel eens. Verschillen we van mening? Dan doen we het niet”, vertelt Rien. Ron vult aan: “We hebben dezelfde teamplayers-mentaliteit, waarderen elkaar en hebben blind vertrouwen in elkaar. Dat moet ook. Als je slaapt, leg je je leven in de handen van een ander. En we kunnen ongelooflijk lachen met elkaar.”

In totaal telt het team tijdens de Gordon Bennet Race 13 personen. “Wij, piloten zijn het uitvoerend orgaan. De keuzes worden vooral op de grond gemaakt, beslissingen nemen we boven in de ballon.”

Op de grond opereren subteams. Het meteorologische team houdt weer en wind continu in de gaten. Het verkeersleidingsteam onderhoudt de contacten met de verkeersleiding in de verkeerstorens, er is een volgteam, een pers- en publiciteitsteam, een voorbereidingsteam… “Communicatie is heel belangrijk. We hebben dit jaar een nieuwe schakel: iemand op de grond die het aanspreekpunt is, zodat wij ons kunnen concentreren op het varen.”

Prachtig om hieraan mee te doen, de ultieme droom van iedere gepassioneerde ballonvaarder

Eigen koers
Een goed resultaat is mooi, maar safety first. “Bij enige twijfel: landen! Stel dat de organisatie zegt dat we kunnen doorvliegen en wij zien een risico, dan zeggen we: Nee jongens! We varen wat dat betreft onze eigen koers. Niets is het waard om een ongeluk te riskeren.

festoEen gasballon kun je nauwelijks sturen. Overdag vlieg je hoog, soms boven de thermiek, tot wel 18000 feet als het moet. Wanneer je op grote hoogte vaart, word je mogelijk de wolken ingezogen. Uren lang, om vervolgens weer te worden uitgespuugd.” Hoewel ze op een lagere hoogte opereren dan de professionele luchtvaart, hebben ze er in de buurt van luchthavens wel mee te maken. Ron: “Daar is altijd de verkeersleiding in de toren die alles in goede banen leidt.”

De Gordon Bennett Cup is tijdrovend, maanden van tevoren bereidt het team zich voor. De piloten sporten extra om fysiek fit te zijn en ze zorgen ervoor om goed uitgerust aan de wedstrijd te beginnen. Ze controleren apparatuur en materiaal tijdens vaarten. “Verder moeten we zorgen dat de neuzen binnen het hele team dezelfde kant op staan.”

Dan zijn er nog de voorbereiding op de dag zelf. Het grondteam maakt de ballon gereed en zorgt voor warm eten en warme koffie aan boord. Na 24 uur is de macaroni, de soep en al het andere in de thermoskannen afgekoeld en moeten ze het verder doen met koude etenswaren.

Alle apparatuur gaat opgeladen en wel mee en via een accu en zonnepanelen kunnen ze telefoons, radio’s et cetera bijladen. Deelname aan de Gordon Bennett Cup financieren ze zelf, met enkele sponsors ”Inclusief extra checken van de ballon ben je al snel 15.000 euro kwijt.”

Griekenland?
Het zijn altijd bijzondere vluchten, vol verrassingen. Zo landden ze in 1997?? in het zuiden van Roemenië, tegen de Bulgaarse grens aan op slechts 150 meter van de grootst mogelijk haalbare afstand. Euforie. Ze hadden gewonnen. Dachten ze. Ron: “Later bleek dat, eerder voor ons, twee ballonnen nóg dichter bij de grens waren geland: eentje op 75 meter. Die informatie hadden we niet. We werden derde.”

Twee tot drie dagen voor take off horen ze pas welke windrichting ze opgaan. “Het zou mooi zijn om een keer naar Griekenland te varen”, mijmert Rien.  Ze hebben enkele jaren niet meegedaan. Ron: “De wereld om ons heen blijft zich doorontwikkelen, ook de ballonvaart staat niet stil. We hebben altijd in de top vijf gevlogen. Nu moeten we ons realiseren dat het onder de omstandigheden misschien de top drie buiten ons bereik ligt. Maar we zijn dusdanig fanatiek dat we zo hoog mogelijk proberen te komen.”

Rien Jurg en Ron van Houten kun je volgen tijdens de Gordon Bennet Race via: www.gordonbennett.aero

Gasballonvaren.
Ballonnen zijn beperkt stuurbaar. De piloot maakt gebruik van windrichtingen in verschillende luchtlagen. Hoewel alle typen gebruikmaken van het principe dat hete lucht of gas lichter is dan de koudere lucht eromheen, is er een groot verschil tussen de gasballon en de heteluchtballon. Bij een luchtballon stijg je met hulp van branders: hoe warmer de lucht, hoe groter het stijgvermogen. Omdat de lucht in de ballon afkoelt, moet de piloot regelmatig bijverwarmen, tot de gastank leeg raakt. Vandaar dat een vlucht maximaal anderhalf uur duurt.

Een gasballon wordt vóór vertrek gevuld en daarmee moet je het de hele reis uitzingen. Hoe minder je manoeuvreert, hoe meer energie, draagvermogen en ballast je behoudt. De omgeving heeft echt invloed op een gasballon, veel meer dan bij een luchtballon het geval is. Gas reageert namelijk op de omgevingstemperatuur. ’s Nachts koelt het af. Dan daalt de ballon, koeler gas verliest volume, waardoor het draagvermogen van de ballon afneemt. Overdag, als de zon schijnt, warmt het gas op en zet het uit, waardoor het vaartuig weer in hogere sferen komt.

Een gasballon kan dagen in de lucht blijven, in tegenstelling tot de heteluchtballon. Hij kan niet alleen grotere afstanden afleggen maar ook grotere hoogten bereiken. “Er is bovendien geen luchtvaartuig dat zó stil is als een gasballon, dat is heel bijzonder”, aldus Rien en Ron.

De snelheid kan enorm variëren: van drie knopen bij windstilte tot 34 knopen per uur. (Voor de leek: drie knopen = 5.556 km/h, 34 knopen = 62.968 km/h)

Hoogte en laagte regelt de piloot op verschillende manieren. Door gas te laten ontsnappen via de appendix (een slurf onder de ballon), verliest de ballon draagvermogen en daalt hij. De ballon stijgt door ballast af te werpen, zand of water, waardoor de ballon gewicht verliest. Dat gebeurt heel gedoseerd, zo gaat zand met kleine schepjes overboord. Behalve zand en water mag er niets uit een ballon worden gegooid.

Belangrijk is om zo min mogelijk gewicht te hebben, des te meer ballast kun je meenemen. Ron en Rien hebben als enige team een opblaasbare mand. Ze hebben deze unieke mand zelf ontworpen, in samenwerking met Festo. Dat bedrijf is gespecialiseerd in pneumatische componenten en systemen voor de industrie. Bijzonder is dat ze water mee kunnen nemen in vier speciale kamers in de wanden van hun opblaasbare ‘bakje’.

Gasballonnen gebruiken waterstofgas of het veel duurdere helium. Aan waterstofgas kleeft een nadeel dat het heel brandbaar is, zeker als het in aanraking komt met zuurstof.

Gordon Bennett Cup
gb-01
Ze noemen het ook wel de Olympische Spelen van de gasballon of de Wereldkampioenschappen gasballonvaren: de Gordon Bennett Race ofwel de Coupe Aéronautique Gordon Bennett. De spelregels zijn simpel: de gasballon die het verst komt, heeft gewonnen.

James Gordon Bennett Jr., oprichter van de New York Herald, (nu de International Herald Tribune), was miljonair. In 1906 richtte hij de Coupe Aéronautique Gordon Bennett op, die op 30 september van dat jaar in Parijs werd gehouden. Aan de Federation Aéronautique International (FAI) schonk hij een beker voor de piloot die het verste zou vliegen in een gasballon.

De race startte altijd in het land van de laatste winnaar. Dat is inmiddels veranderd: de winnaar van twee jaar ervoor organiseert de race in eigen land, omdat de organisatie ervan veel tijd kost. Twee jaar geleden won een Duitser, vandaar dat editie 2016 vertrekt vauit Gladbeck.

In 1939 werd de race geannuleerd vanwege van de Tweede Wereldoorlog. Pas in 1983 werd de Gordon Bennett Race opnieuw opgestart, in Parijs.

Per land mogen er maximaal drie ballonnen met hun piloten meedoen. Lang hebben Rien Jurg en Ron van Houten als enige Nederlands duo meegevaren in deze race, dit jaar is er nog een team. “Leuk“, vinden ze. “Onze gasballon is trouwens wel de enige die in Nederland geregistreerd staat: PH-KTS. Hij is dus vrij uniek.”

Links:
– www.gasballon.nl
– www.rienjurg.nl
– www.gordonbennett.aero
– www.knvvl.nl/afdelingen/ballonvaren/

ned01